maandag 29 september 2008

Toer-nee


We gaan naar Bussum, naar de Wilhelmina- kerk. We komen allemaal tegelijk aan. Ik met de volgeladen auto van de ene kant en de spelers lopend van de andere kant. A. waggelt er achteraan en is stomdronken. Hij houdt zich vast aan een muurtje, staat helemaal scheef. Ik ben bang dat hij omvalt, maar hij blijft in een wonderbaarlijke schuine lijn staan. De deur van de kerk gaat open en twee keurige oudere mensen begroeten ons hartelijk. "Kunt u misschien een bedje maken voor één van mijn spelers?" val ik meteen met de deur in huis. "Als hij even kan slapen dan gaat het wel weer." En voor de zekerheid stal ik zijn tas vol drank op een verborgen plek. "Moet het persé een bed zijn of mag het ook iets anders zijn?" vragen de lieverdjes. In een halletje wordt een brancard neergelegd en al gauw kan hij zijn roes gaan uitslapen. Tijdens het opbouwen belt Ike, die ons loopt te zoeken in Bussum. Maar hij is nog steeds geschorst, totdat hij uitgeraast is. Het lijkt ons ook geen goed idee om hem tussen het publiek te laten zitten, dus ik vertel hem niet in welke kerk we zijn. We hebben een karaoke versie van het liedje wat hij normaliter begeleidt en staan dat te oefenen. Maar E. raakt ineens heel geirriteerd. De toonsoort is te hoog en ze kan zo niet zingen, snauwt ze. Ze loopt de deur uit en tot onze verbazing komt ze niet meer terug. We wachten tot 21 uur en besluiten dan toch maar te spelen. Al die (oudere) mensen die speciaal voor ons zijn gekomen, kunnen we niet teleurstellen. Dan maar zelf af en toe het toneel op. We zijn vastbesloten om ons door niemand te laten stoppen en maken er een feestje van. Zelfs D. die zich meestal een beetje terzijde houdt, stort zich vol overgave in het spel. Het publiek joelt en zingt uit volle borst mee. "Kijk nou toch, hoe iedereen blij de deur uitgaat!" stelt onze gastheer tevreden vast. Hij is ontzettend opgelucht dat we het toch door hebben laten gaan. Ondertussen skeelert Ike tevergeefs een stuk of 8 kerken af. De volgende dag heb ik hem aan de lijn en zegt hij berustend "Van God mocht het ook niet, anders had ik het wel gevonden." Ik hoor de grijns in zijn stem en grijns met hem mee.

Geen opmerkingen: